Soms heb ik helemaal geen zin in een vrijwilligersdienst in het ziekenhuis. Zeker niet als het regent als ik er voor op pad moet. Maar als ik dan tijdens zo'n dienst mooie mensen ontmoet, geeft het toch wel weer heel veel voldoening! Dan weet ik weer waarvoor ik het doe!
Ik ben nu een jaar vrijwilliger bij het HELP-programma. Ik deel graag wat ervaringen.
Cadeautje
Meestal heb ik als vrijwilliger maar een eenmalig contact met een patiënt. De ziekenhuisopnames zijn vaak zo kort dat een patiënt ontslagen is, voordat ik weer een volgende dienst heb. Die korte tijd in het ziekenhuis is natuurlijk fijn voor de patiënt.
Ik vind het altijd een cadeautje als ik patiënten meerdere malen zie. Voor die patiënt betekent dat een langere opnametijd en dat is voor hem of haar natuurlijk niet zo leuk. Je kunt je gesprek van de vorige keer afmaken, of voortzetten waar je de vorige keer geëindigd was. Ik vind het helemáál leuk als de patiënt in kwestie mij ook herkent en zelfs nog weet waar we het de laatste keer over hadden! Let wel: zo iemand ziet twee, voor hem of haar onbekende, vrijwilligers per dag aan het bed staan, waarvan ik maar één keer per week. Daarnaast zijn de patiënten die wij bezoeken sowieso de zeventig gepasseerd en velen hebben geheugenproblemen. Het is dus echt wel bijzonder als ze me herkennen!
Wandelen
Eens maakte ik met een patiënt een wandelingetje over de afdeling. Samen bekeken we de schilderijen aan de muur. Vaak loop je daar ongemerkt aan voorbij in zo'n gang, maar er hangt best wat moois tussen, hoor.
Er hing ook een ingelijste kaart van 'de Belevingswereld'. Schitterend! Ik neem er nog regelmatig mobiele patiënten mee naar toe.
Fragment uit kaart van www.atlasvandebelevingswereld.nl |
Wandelen met patiënten is altijd leuk. Soms kan het niet omdat een patiënt niet uit bed mag, of teveel slangen en snoeren aan en om zich heen heeft hangen. Het is voor de patiënt prettig om even wat anders te zien dan de kamer en de kamergenoten. En voor mij is het wat minder statisch dan een praatje aan het bed of aan tafel.
Eenmaal trof ik een meneer die graag wilde wandelen achter zijn rollator. Het was een patiënt die langer was opgenomen en ik zag hem twee maal, we wandelden beide keren. In plaats van te genieten van zijn wandelingetje zette hij er steeds een fiks tempo in. Tijdens de tweede wandeling kwam ik er achter, dat hij bang was dat zijn broek zou afzakken. Wat met de elastiek in zijn joggingbroek ook niet zo verwonderlijk was. Ik voelde mezelf wat ongemakkelijk met een patiënt wiens broek telkens bijna op zijn knieën hing.
Delirium
Het HELP-project begon als een promotieonderzoek. Sinds de periode van data-verzameling hiervoor voorbij is, zijn de criteria voor deelname van patiënten wat minder strikt. Voorheen mocht een patiënt nog geen delier hebben bij aanvang van onze bezoeken. Wanneer een delirium optrad tijdens de opname, werd ons gevraagd die patiënt te blijven bezoeken. Eenmaal trof ik zo'n patiënt. Ik maakte er destijds een Koontje over omdat het grote indruk op me maakte.
Tegenwoordig kan het wèl voorkomen dat patiënten die we bezoeken verward zijn of dicht tegen een delirium aan zitten. Soms wordt het niet zo duidelijk vermeld bij de informatie die wij ontvangen bij aanvang van een dienst, maar als je een eenpersoons kamer binnenstapt waar het bed met de lange zijde tegen de muur staat, is het vaak voor mij wel duidelijk. Juist voor hen is het belangrijk dat wij er zijn! Wij worden geschoold hoe hiermee om te gaan, maar het blijft toch elke keer even slikken.
Gelukkig trof ik geen patiënt meer die zó in de war was als die ene van toen.
Eigen herinneringen
Ik vind alle afdelingen, gangen en kamers in het ziekenhuis op elkaar lijken. Ik moet dan ook regelmatig checken of ik op de tweede of de derde verdieping ben als ik naar een volgende patiënt ga, en of ik op afdeling A/B of juist op C/D ben.
Eenmaal bezocht ik een patiënt waarbij het het gesprek niet echt op gang kwam en ik voelde dat er iets was met de kamer. Ik keek rond en langzaam herkende de kamer aan de hand van de tekening op het plafond als die waar mijn vriend lag na zijn hartinfarct. Ik herinnerde me weer hoe het was om hier iedere dag mijn herstellende lief te bezoeken. Gelukkig herstelde hij en mocht hij weer naar huis. Op de fiets op weg naar huis huilde ik tranen met tuiten.
Elke keer als ik nu langs die kamer loop en de deur open staat, kijk ik even naar die tekening op het plafond. Die kamer is mij net iets dierbaarder dan de andere kamers.
Rijk
Soms, zeker als het weer eens regent, vervloek ik mijn vrijwilligersdiensten in het ziekenhuis. Ik overwoog al eens om over te stappen naar de locatie in Zeist, zodat ik niet meer hoefde te fietsen. Maar het contact dat ik in dit afgelopen jaar opbouwde met de verpleegkundigen is me ook wat waard. Ik besloot in Utrecht te blijven.
Ik blijf dus fietsen en ik word er een steeds rijker mens door!
Ik zeg het vaak, voor vrijwilligerswerk krijg je meer terug dan je ooit dacht. Leuk stukje thx Nicolette.
BeantwoordenVerwijderenMooi om jouw ervaringen te lezen, Nicolette, mooi werk doe je!
BeantwoordenVerwijderen